zondag 27 november 2011

Ethiopie

26 november

                                         Ongelukje onderweg.

We werden gewaarschuwd dat we niet al te hard op de Ethiopische wegen konden rijden omdat er veel mensen en dieren op de wegen liepen. Dit bleek wel want we moesten regelmatig zéér langzaam rijden of stoppen om de kuddes te laten passeren. Na enige tijd moesten we afremmen voor een overstekende aap, waarna we stopten en ja hoor aan de andere kant van de weg zat een hele troep. Een half uur daarna moesten we wederom stoppen maar nu voor een ongeluk, er was een aanhanger van een tankwagen met butaangas omgeslagen waar door de weg was geblokkeerd, na ongeveer drie kwartier konden wij weer verder omdat er net genoeg ruimte was om onze bus er tussen door te laten. In een kleine stad bij een bank wat euro’s omgewisseld voor Ethiopische Birr’s om te tanken enz. Aangekomen in de stad Gonder viel het ons op dat de dames veel in westerse kleding rondliepen, waarschijnlijk omdat ze hier voor ong. 65% Christelijk zijn en de minderheid Moslim is
Voor onze nachtplek gingen we naar Belegez pension/campsite waar we met de bus op de binnenplaats mochten staan. Na ongeveer een kwartier kwam tot onze verbazing een Duitse overlander op een motor binnengereden die we ook in Egypte op de boot hadden gesproken. Een uur daarna kwamen nog 3 Duitse motorrijders aangereden, ook die kenden we nog van de boot. Het werd nog gezellig.

27 november

                                         Gezellig uit eten met andere overlanders.

Bij het ontwaken kwamen tot de ontdekking dat er nog 2 auto’s op de binnenplaats bij waren gekomen, waarvan één van de United Nations. Deze dag deden we rustig aan, de site weer eens bijgewerkt en de was gedaan, want we dachten de volgende dag eventueel weer te vertrekken. Aan het begin van de avond toen wij in de stad aan het wandelen waren zagen we ineens de drie andere overlanders, de drie Nederlanders en de Belg die ook naar onze campsite gingen. Dat was dus een hartelijk weerzien.

                                         Jannie probeert een originele Ethiopische dans.

Hierna zijn we gezellig met z’n allen naar een zéér goed restaurant gegaan met levende muziek, waarna we na het eten op de Ethiopische muziek hebben gedanst.

28 november


In de ochtend zijn we in de binnenstad geld uit de muur wezen trekken wat hier in deze staduitsluitend
met een creditcard mogelijk was. Daarna zijn we met z’n allen een zéér oud kastelen complex wezen bezichtigen, even op een terras iets gaan drinken, waarna we in gezelschap van twee Franse dames die we in het kasteel tegenkwamen met een bus naar een badhuis van paar eeuwen terug waar in januari mensen worden gedoopt zoals de discipelen van Jezus dit deden in de rivier de Jordaan er zijn zelfs tribunes gebouwd die tijdens de doopplechtigheid helemaal vol zitten. De avond zijn wij met Lucas de
Belg naar het gezellige restaurant van de vorige avond gegaan, maar dat was totaal volgeboekt, toen
hebben ze buiten voor ons drieën plaats gemaakt om te eten.

                                         Met z'n vijven een spelletje in de bus.

Na het eten met z’n vijven koffie gedronken in de bus omdat het behoorlijk afkoelde (want we zaten wel op een hoogte van zo’n 2200 meter) waarna we nog gezellig een spelletje hebben gedaan.

29 november

                                         Bandje aan flarden.

Om ongeveer 10 uur vertrokken van de campsite in Gondar met de Belgische en de 2 Nederlandse auto’s richting Gorgora liggend aan het Lake Tana, daar is een camping/resort gedreven door een Nederlands stel wat vlakbij Hoorn had gewoond. Toen we uit de stad waren moesten we over een weg wat géén weg was maar een gravel spoor van 51 km. Na ongeveer één uur rijden met een gemiddelde van ong. 30 km. per uur hoorden we ineens een raar geluid en toen we uitstapten bleek onze band die we in Aqaba (Jordanië) hadden gekocht totaal aan flarden. Na een kwartiertje oponthoud waarbij de anderen ook op ons wachten reden we weer verder. In de middag kwamen we aan op de camping: http://www.timkimvillage.com/ waar we hartelijk door Kim werden ontvangen en kregen een rondleiding. Na ons geïnstalleerd te hebben en de velg met het resterende stuk rubber op de auto hebben gebonden, zijn we gaan dineren in het restaurant gedeelte. Na het eten kregen we op de laptop van een Zuid-Afrikaans vrouwtje een dia presentatie van een gedeelte van de route die wij eventueel wilden doen. Na haar uitleg gaf het te denken of dat wel mogelijk is voor onze auto.
Daarna nog gezellig na gepraat met een glaasje wijn. Toen kwam er nog een stel binnen, dat waren Philip en An uit Frankrijk waarmee wij de kamer in het hotel in Wadi Halfa hadden gedeeld.

30 november   

                                         Camping aan Lake Tana.

Heerlijk uitgeslapen, broodjes in het restaurant van de campsite gehaald, en ontbeten. Kees ging onder de zéér professorische douche met ijskoud water, dus dat duurde niet al te lang. Daarna de campsite verkent en een rondleiding gekregen door de vader van Tim over het terrein waar de lodges staan en de in aanbouw zijnde douches en toiletten. In de middag in “Word” de dagverhalen bijgewerkt en de foto’s op de laptop geplaatst. Daarna een wandeling over de berghelling naar de andere kant van de baai. ‘s Avonds met z’n allen heerlijk gegeten en nagezeten.

1 december
                                         Terugweg vanaf de camping.

Vroeg in de morgen bus rijklaar gemaakt daarna zijn we heerlijk in het restaurant van de campsite gaan ontbijten toen afscheid genomen van Tim en Kim en zijn ouders. Vervolgens via een soort droge rivier gereden naar de grindweg van 51 km lang richting Gondar. Aan het eind van deze weg bleek weer eens dat we voor niets de bus aan de binnenkant hadden schoongemaakt, alles zat wederom onder een dikke laag stof. We gingen terug naar het pension/campsite waar een paar dagen terug ook hadden gestaan. Daar zijn we met de manager die zeer goed Engels spreekt naar een winkel waar ze autobanden verkochten, we moesten er twee achterbanden hebben, want de overgebleven goede bleek niet echt geschikt te zijn vanwege het gewicht van de bus. De banden gekocht en in de bus gelegd, daarvandaan naar een firma die de banden kon monteren. De banden werden met de hand gemonteerd. Toen de banden op de velgen zaten bleek er geen stroom aanwezig om ze vol te pompen, de monteur met de wielen in een motorriksja om de banden bij een tankstation op te pompen, toen hij terug kwam eindelijk de wielen onder de auto. Daarna zijn we naar de campsite teruggegaan, en daar ontmoetten we weer div. andere overlanders.
                                         Koffie met lekkers.

We werden door de manager uitgenodigd om bij hem thuis koffie te komen drinken met een Zwitser en een Portugees beiden waren backpackers. We gingen met onze bus naar zijn huis en moesten ook een speciaal gebakken brood/cake meenemen. Bij hem thuis werden de koffiebonen op een speciale Ethiopische manier geroosterd. Vervolgens gemalen waarna er koffie van werd gezet. Na dit tafereel gingen we weer terug naar de campsite waarna we met de Belg en het Franse stel en een Nederlander naar het gezellige restaurant met de live muziek gingen.

2 december

                                          Een noodbrug over een rivier.

In de ochtend heeft Jannie de was gedaan, en Kees het reservewiel en een losse band op de auto gemonteerd, Naar de binnenstad gegaan om geld uit de muur te trekken, toen dat niet lukte binnen in de bank kon het alleen maar met onze creditcard opgenomen worden met invulling van een formulier. Hierna naar het voor ons bekende internetcafé om onze site weer bij te werken. Wat boodschappen gedaan en weer terug naar de campsite. Daar aangekomen bleek het Nederlandse Tonnis en Hélène net aan te komen om de Belg op te halen, die was echter reeds vertrokken. Toen zijn wij gezamenlijk ongeveer 170 km verderop gereden naar de Campsite in de plaats Bahir Dar aan de zuidkant van Lake Tana. Daar tegen donker aangekomen troffen we de rest van de overlanders aan. We hoorde daar dat de Engelse motorrijder een aanrijding met een ezel had gehad, hij was lichtgewond, en de ezel had het loodje gelegd.

3 december

                                          Watervallen bij Bahir Dar.

In de morgen rustig aangedaan, waarna we ’s middags besloten om met onze bus met Tonnis en Hélène naar de watervallen van het ontstaan van de Blauwe Nijl te gaan. Al vlug bleek de weg ernaar toe opgebroken te zijn en via een behoorlijke omweg over allerlei karrensporen kwamen we op een graffel weg van ong. 30 km uit waar aan het eind de watervallen waren. Via een bergwandeling van ongeveer een half uur waar Hélène een stok kon huren kwamen we via een enorme stevige hangbrug
onder begeleiding van de nodige plaatselijke bevolking bij de watervallen, die zéér indrukwekkend waren.

                                          Woonkamer lokale bevolking.

Op de terugweg hebben we halverwege een bezoek gebracht aan huisje/hut van één van de lokale meisjes die al die tijd met ons mee liep. In de hut waren geen meubelstukken en ze sliepen op de kleigrond. Bij de bus teruggekomen hebben we nog twee lokale mensen naar hun huis gebracht.
Daarna heeft Hélène het eten klaargemaakt en ondertussen heeft Jannie de bus grotendeels aan de binnen kant van stof ontdaan, dat op sommige plaatsen één centimeter dik was opgehoopt.

4 december

                                          Wasplaats voor mannen.

Vroeg opgestaan (7 uur) want we zouden een bezoek met de boot maken naar diverse eilanden op het Lake Tana. Het was de bedoeling om acht uur te vertrekken maar het werd uiteraard half negen, en zoals ze het hier zeggen “African Time” Bij het vertrek zagen we dat 100 meter verderop in het meer een plaatselijke wasplaats voor mannen was, wat ons opviel was dat diverse mannen elkaar aan het wassen waren. De tocht over het water naar het eerste eiland duurde ongeveer een uur, en onderweg zagen we mannen met bootjes vissen en daarom heen diverse grote pelikanen. Bij het eiland aangekomen een wandeling gemaakt tussen de plaatselijke middenstand door waarna we bij een zéér oude historische kerk kwamen met zéér mooie  Bijbelse wandschilderingen. Toen weer terug door de “bush bush” naar de boot. Doorgevaren naar een volgend eiland waar ons groepje besloot niet meer wilde kijken naar nog weer eens een kerk.

                                          Bierproeven.

Waarna we uitgenodigd werden om zelf gebrouwen bier te drinken, wat we uit gezondheids overwegingen toch maar achterwege lieten. teruggevaren naar onze campsite waar we tegen drie uur weer terug waren. Lekker gedoucht, bus verder schoongemaakt aan de binnenkant, foto’s op de laptop gezet. En ’s avonds in een lokale pizaria een heerlijke pizza gegeten, 2 grote pizza’s en 3 Coca Cola’s voor 130 Birr, omgerekend € 5,75, in een beter restaurant.

5 december

                                          Locale fietsenwinkel.

Samen zijn we met Tonnis en Hélène uit Bahir Dar vertrokken en hebben we eerst nog wat boodschappen gedaan, ook nog even getankt en nog even wat Birr’s uit de muur getrokken. Daarna richting Debre Markos waar we ons kamp op de binnenplaats van een hotel zouden opslaan. Onderweg kwamen we door diverse dorpjes, en zagen we in één van die dorpjes een heuse fietsenwinkel. Ook zagen we een lokale veemarkt. Tegen een uur of vier kwamen we bij het bedoelde hotel aan. Alwaar we op het binnen terrein naast de gedekte tafeltjes mochten staan. Daar we wel in onze eigen auto sliepen en Tonnis en Hélène in hun daktent mochten we toch douchen in het hotel. Onze bus had erg veel bekijks van het personeel en diverse gasten, (want ze kennen hier absoluut géén campers). 
Er werd op de binnenplaats een groot scherm opgesteld waar we ’s avonds onder het eten bij een grote vuurkorf de samenvattingen van de Engelse voetbal competitie hebben gezien. daarna hebben we in onze bus nog even koffie gedronken en een spelletje gespeeld.   

6 december

                                          Koffiepauze.

Gisteren en vandaag hebben we de hele dag door een mooi groen berggebied gereden waar we moesten klimmen tot ong. 3500 meter hoogte. Al na 10 minuten werden we verrast door een troep bavianen langs de weg. Het wegdek was afwisselend goed, wasbord of graffel en zeer grote gaten.
In de namiddag arriveerde we in Addis Abeba de hoofdstad van Ethiopië. Na enig zoeken in het zéér drukke verkeer vonden we de Hollandse campsite “Wim’s Holland House” waar wederom diverse andere overlanders waren die we op de boot tussen Egypte en Soedan hadden ontmoet, dus weer een gezellig weerzien. Daar zijn we gestart met een soort lunch van Hollandse kroketten en patat.
We zijn na een gezellige avond behoorlijk vermoeid vroeg naar bed gegaan.

7 december

                                          Onderhoudsbeurt op de camping.

Om negen uur zijn we gezamenlijk met Tonnis en Hélène in een taxi gestapt waarvan het rechtervoorwiel enigszins scheef stond, maar ja het was een Lada van ong. 40 jaar oud, om naar de ambassade van Kenia te gaan om onze visums aan te vragen, dit kon uiteraard niet meteen dus hebben we daar afgesproken om ze de volgende dag op te halen. Teruggekomen op de campsite
hadden we afgesproken met een automonteur om van de auto van Tonnis en onze bus de brandstoffilters, oliefilters en olie te vervangen. Daarna zijn wij nog even de binnenstad van Addis Abeba in gegaan om te proberen Euro’s te wisselen voor US dollars, hetgeen we bij vijf banken hebben geprobeerd maar tot op heden niet wilde lukken. Wel hebben we een behoorlijk bedrag aan “Birr’s” uit de muur kunnen halen, dus doen we ev. morgen nog een poging om het lokale geld om te wisselen.

8 december
                                          Camping in Addis Abeba, Nick & Simon waren hier ook geweest.

In de morgen  kwam de automonteur terug om de olie te vervangen, want de vorige dag had hij alléén  voor Tonnis olie meegenomen, en in de tuin waar we stonden was een heuse smeerput aanwezig, dus dat kwam goed uit. Daarna gingen we met Tonnis en Hèlene, Lucas (de Belg) met zijn vriendin Sara richting de grens van Kenia, en zouden we onderweg bij de ambassade van Kenia onze paspoorten afhalen. Daar aangekomen troffen we de Zwitserse motorrijder Mark, en kwamen we tevens tot de ontdekking dat we onze landkaart van oost Afrika op de campsite hadden laten liggen, dus besloten we met Mark terug te gaan naar de campsite en om gezamenlijk met hem verder te reizen naar “the road of hell” in Kenia deze weg is ongeveer 500 km zéééér slecht wegdek/track. En naar de grens is het nog ongeveer 3 dagen reizen. Nadat we in de stad wat boodschappen hadden gedaan, bleek de rest ook teruggekomen te zijn, zij dachten de volgende campsite die zij wilden bereiken niet voor donker te halen, dus besloten we met z’n allen de volgende morgen te vertrekken.

9 december

                                          Mariboe's eten visresten.

Prompt om 9 uur vertrokken richting de grens van Kenia, nu dus drie auto’s en Mark op de motor.
Onderweg zijn we met z’n allen gestopt bij een meer voor een koffiepauze. Daar waren een paar mensen op de grond vissen aan het schoonmaken, en 20 meter daarvandaan stonden een heleboel mariboe’s, de vogels waren manshoog en ze vochten om het afval van de vis. We hadden daar erg veel bekijks, en het was zo druk dat we niet in de gaten hadden dat het fototoestel van Mark werd gestolen. Na ruim 100 km gingen wij met Mark door en gingen de andere twee auto’s een andere route van ongeveer 1000 km offroad wat voor onze auto absoluut onhaalbaar was, dus spraken we af elkaar weer te ontmoeten op een campsite in Nairobi de hoofdstad van Kenia. Rustig verder gereden naar een resort 8 km van de weg af, waar we ook offroad moesten. We werden bij aankomst zéér positief verrast, alles was van een zéér hoog niveau. We kregen een welkomstdrankje en werden rondgeleid. Door een paar landgenoten van de Nederlandse ambassade werden we op de hoogte gebracht dat er een koffieceremonie was en tevens dat ze wilde hyena’s en gieren zouden gaan voeren. In afwachting zaten we op het terras met tientallen aapjes in de bomen 10 meter voor ons.

                                          Heerlijk bufet in lodge.

Na de ceremonie naar het restaurant gegaan voor een super de luxe buffet, en na het eten een leuk gesprek gehad met de eigenaar en zijn vrouw onder het gebruik van citroen likeur.

10 december

                                                    Jannie bekijkt reuze cactus.

Buiten op het terras heerlijk ontbeten, vervolgens zijn wij met z’n tweeën een wandeling door een bos met heel veel zéér hoge cactussen naar een rivier gelopen terwijl Mark z’n tent en bagage weer op zijn motor plaatste. Afscheid genomen van de eigenaars van het resort en vertrokken voor een rit over een weg die alsmaar slechter en slechter werd met een gemiddelde van zo’n 30 km per uur. Aangekomen in de plaats Agere Maryam vonden we een hotel met binnenplaats, waar Mark een kamer boekte en wij op de binnenplaats in de bus bleven slapen. Zelf voor ons drieën eten klaargemaakt, want een blik van Kees in de keuken van het restaurant was voldoende.

11 december

                                          Toeschouwers tijdens de koffie.

Bij ons ontbijt kwam iemand bij de bus staan en vertelde ons dat de rest van weg naar de grens
goed zou zijn, tot onze grote verbazing was de weg perfect. Tijdens onze koffiepauze/lunch dachten we eindelijk op een plaats te staan waar géén mensen waren, maar na 5 minuten doken er van alle kanten weer mensen op. Toch maar wat koekjes uitgedeeld en geluncht met toeschouwers. Bij vertrek een man meegenomen naar de grens ong. 50 km, daar hij anders nog een halve dag op de lokale bus moest wachten. Onderweg moesten we afremmen voor een stel overstekende bavianen.
Bij aankomst bij de grens werden we meteen aangesproken door iemand die ons met een truck met onze bus en de motor van Mark er op over “the road trough hell” ( ong. 500 km.!!!) wilde vervoeren. Na enige onderhandeling en afwegen besloten we het te doen. De rit zou ongeveer 36 uur duren met hopelijk een gemiddelde van ong. 15 km per uur. We hebben het besluit genomen om rede dat er vele voertuigen vast komen te zitten en zéér grote schade oplopen, en tevens worden er af en toe overlanders beroofd. Omdat het zondag was moest er speciaal een man komen van customs om onze voertuigen uit te klaren dat natuurlijk weer wat geld moest kosten, vervolgens de stempels in onze paspoorten voor het uitreizen van het land proberen te bemachtigen, en ja hoor de elektra was op dat kantoor uitgevallen, dus twee uur wachten waarna het evengoed ondanks de stroomstoring ineens wel kon. Dus wat papieren betreft konden we Ethiopië verlaten. Daar het eerste stuk van het traject het gevaarlijkste is besloten we de volgende morgen om zeven uur te vertrekken. En op het terrein van de douane te blijven overnachten.

12 december

                                          Ontmoeting met motorrijder die uit Kenia kwam.

Om zes uur opgestaan om de boel voor te bereiden. tijdens ons ontbijt kregen we te horen dat het frame van de truck te laag was om onze bus er op te krijgen. Om negen uur kregen we te horen dat het vertrek pas om twee uur zou plaats vinden, want er moest een andere truck geregeld worden.
Wachten duurt lang, om twee uur kwam de eigenaar van de truck en de tussenpersoon bij ons om te vertellen dat het bovengedeelte van de truck met snijbranders verwijderd zou moeten worden i.v.m. de hoogte van onze bus hetgeen inhield dat wij een behoorlijk bedrag meer moesten betalen, wat wij weigerde, daar wij een contract hadden en we de persoon hiervoor gewaarschuwd hadden dat de truck te laag was. Na veel heen en weer geruzie kwam er politie bij en werd de eigenaar van de truck gearresteerd, wat wij Mark en wij niet zo fijn vonden, daar wij dan ook nog ons geld kwijt zouden zijn. Na veel gepraat werd de man weer vrijgelaten en zou hij de volgende morgen voor een goede truck zorgen. Laat in de middag kwam er een Engelse overlander op een motor aan van de weg door Kenia die wij zouden rijden. Hij vertelde dat het een vreselijk slecht traject was, wat hem een schokbreker heeft gekost. Hij besloot met zijn tentje bij ons de nacht op het parkeerterrein door te brengen.

13 december   

                                          En iedereen moest zich er mee bemoeien.

Om vijf uur opgestaan want om zes uur zou de truck komen om ons op te halen. Om zeven uur kwam er een motorrijder om te vertellen dat we naar de Keniaanse kant moesten komen. Na alle grensformaliteiten te hebben geregeld, moesten we achter de motorrijder aan rijden om naar een gedeelte te gaan waar het qua hoogte verschil mogelijk zou zijn om met planken op de truck te rijden
Daar aangekomen waren er wederom erg veel mensen die zich met het geheel bemoeiden. De truck arriveerde maar was wederom te laag. Na veel gepraat eiste Mark ons geld terug wat de eigenaar van de truck uiteindelijk deed. Daarna naar het traject gegaan waar alle trucks vertrekken, er boden zich diverse trucks aan, want ze roken allemaal geld, maar waren allemaal te laag. Rond een uur of één waren we het geheel zo zat, dat we besloten op een stille plek op het terrein van het politiebureau even bij te komen. En daar eventueel de nacht door te brengen om de volgende dag om zes uur te vertrekken over “The Road trough Hell” waarvan de meeste mensen zeiden dat we het met onze lage onderkant van onze bus niet zouden redden. In de namiddag kwam er een jongeman bij ons zitten die om de hoek woonde en bood ons aan in onze bus met ons mee te rijden met wat gereedschap omdat wij het merendeel al hadden zou hij alleen een kapmes meenemen om ons te helpen het traject door te komen. Mark (de Zwitserse motorrijder) keerde terug van het dorp en vertelde ons dat hij een truck voor hem en zijn motor had gevonden en een afspraak had gemaakt om de volgende dag om zes uur te vertrekken.

                                          Gezellige avond bij Yusuf en familie.

De jongeman genaamd Yusuf bood ons aan om na het eten koffie te komen drinken bij zijn moeder en broer, wat we deden. Na een toch nog gezellige avond vroeg naar bed gegaan om de volgende morgen met z’n drieën te vertrekken.
Klik op bovenstaande titel om onderaan te reageren.